Luuk Stortelder leidde vanuit de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant (ODZOB) diverse projecten rondom de Omgevingswet. De ‘bruidsschat’ is zijn specialisme: een ingewikkeld cadeautje, dat gemeenten tijd oplevert om hun omgevingsplannen op orde te krijgen. De omgevingsdienst en gemeenten trekken daarbij samen op.
Het Rijk presenteerde de bruidsschat als cadeautje voor de gemeenten, vertelt Luuk Stortelder van de ODZOB: “Die krijgen op 1 januari 2024 met de Omgevingswet meer bevoegdheden. Regels over de fysieke leefomgeving die voorheen op rijksniveau golden, moeten dan een plek krijgen in het omgevingsplan. Maar dat omgevingsplan hebben ze dan nog niet. De bruidsschat moet dat gat dichten.” Zo wordt een regel-vacuüm voorkomen. Voorlopig dan, tot 2032; dan moet het omgevingsplan klaar zijn. “De gemeenten moeten de bruidsschatregels in het omgevingsplan opnemen. Ze hoeven niet alles over te nemen; geluidsregels moeten er wel in, maar dat mag op een heel andere manier dan in de bruidsschat.”
Een overzicht voor gemeenten
Wat wel en wat niet? En hoe dan? Om gemeenten met die puzzel te helpen, nam de ODZOB samen met GGD en Veiligheidsregio de bruidsschat minutieus door. Stortelder: “We brachten in kaart: deze regel is belangrijk, deze minder, deze kunnen gemeenten mogelijk schrappen.” Die exercitie leidde tot een enorm Excel-bestand, vertelt hij. “Met bij alle bruidsschatregels een motivering, wat zegt de wet, wat moet je er als gemeente mee?”
Opslag en gebruik van lithium-ion energiedragers en -systemen nog geen mba
In het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) zijn per 1 januari 2024 de milieubelastende activiteiten (mba’s) opgenomen en of men hiervoor een vergunning moet aanvragen of melding moet indienen. Ook zijn er regels opgenomen waaraan deze activiteiten moeten voldoen.
De opslag van lithium-ion energiedragers en ook energie opslagsystemen (EOS), ook wel de ‘buurtbatterij’ genoemd, zijn in het Bal niet aangewezen als een mba. Deze activiteiten brengen echter wel risico’s met zich mee, denk aan met name (brand)veiligheid. Dit blijkt uit het feit dat er voor deze activiteiten wel zogeheten PGS-richtlijnen zijn opgesteld waarin maatregelen zijn opgenomen voor veiligheid in de brede zin van het woord.
Inmiddels is duidelijk dat op zijn vroegst medio 2025 deze activiteiten door het Rijk als mba in het Bal worden opgenomen. Indien het bevoegd gezag toch van oordeel is dat voor deze activiteiten een vergunning- of meldingsplicht moet gelden, met daaraan gekoppeld regels waaraan deze activiteiten moeten voldoen, dan moeten deze activiteiten in het omgevingsplan (bruidsschat) worden aangewezen als mba.
De ODZOB kan helpen
De gemeenten moeten nu de volgende stap zetten. “We maakten een inventarisatie voor de regio, maar tussen onze 21 gemeenten bestaan flinke verschillen. Neem het onderdeel ‘Rioolwaterzuiveringen’: lang niet iedere gemeente heeft een rioolwaterzuiveringsinstallatie. Dus die kunnen dat thema meteen schrappen.” Veel gemeenten worstelen nog met de nieuwe regels, merkt Luuk Stortelder. Andere zijn er nog nauwelijks mee bezig. “Het is best taaie kost. Daarom bieden we gemeenten de mogelijkheid om er samen, artikel voor artikel, doorheen te gaan.”
Schurende definities
Een aantal regels in de Omgevingswet is niet helemaal beleidsneutraal, vertelt Stortelder. Die voldoen niet aan de instructieregels van het Rijk voor het omgevingsplan. Het schuurt vooral bij sommige definities. Een voorbeeld. “Onder de huidige wetgeving noemen we een kantoor een ‘geurgevoelig object’. Dat moet dus beschermd worden tegen bijvoorbeeld geur van agrarische bedrijven. Onder de Omgevingswet, dus volgens het Besluit Kwaliteit Leefomgeving, is dat niet meer zo, ténzij je als gemeente vindt dat je dat kantoor moet beschermen.” Om de regel weer beleidsneutraal te maken, kunnen gemeenten dat kantoor weer als geurgevoelig bestempelen. “Gemeenten krijgen half november een beleidsregel Geurgevoelig gebouw van de ODZOB. Als het college die vaststelt, kan de gemeente de komende jaren met de ODZOB kijken wat zij nog willen beschermen ten aanzien van geur.”
Gebruik vooral de uniforme regels
De ODZOB stelde nog drie documenten op om gemeenten verder te helpen: Geluid en trillingen in het omgevingsplan, Agrarisch en industrieel geur in het omgevingsplan, en Externe veiligheid in het omgevingsplan. Binnenkort volgt nog een document, Bodem in het omgevingsplan. Stortelder: “In deze documenten staan regels die gemeenten in hun omgevingsplan kunnen opnemen. Ik nodig hen uit om deze vooral te gebruiken. Wij gaan niet over de toegestane waardes of decibellen, dat is politiek. Maar onze toezichthouders en vergunningsverleners kunnen hun werk beter doen als gemeenten de regels op dezelfde manier formuleren.”
Betrek de omgevingsdienst
Luuk Stortelder roept gemeenten op om de ODZOB te betrekken bij het omgevingsplan. “Schrijf je dingen in het omgevingsplan waar wij niks mee kunnen, dan hebben we allebei een groot probleem. Wij hebben veel milieukennis in huis. Maak daar gebruik van!”
Op de hoogte blijven over onze bijdrage aan de leefomgeving?
Meld je aan voor onze digitale ODZOB-nieuwsbrief.